1964. In centraal Florida gebeurt er iets raars: in de buurt van het kleine stadje Orlando worden grote percelen onbruikbaar moerasgebied opgekocht. Niemand weet waarom en niemand weet wie er achter de aankoop schuilt. Een groot bedrijf? De NASA? De maffia? Terwijl dit mysterie Florida in de ban houdt en er duchtig op los wordt gespeculeerd, is er in Californië een man die maar al te goed op de hoogte is van wat er gaande was…
Op 17 juli 1955 opende Disneyland in Anaheim, Los Angeles. De opening verliep echter niet helemaal zoals gepland: er kwam te veel volk opdagen, het beton van de wandelpaden was nog niet opgedroogd, verschillende attracties kampten met technische problemen, de waterfonteinen werkten niet, er waren problemen met de toiletten, … Het werd een zwarte dag in de geschiedenis van Disney; desalniettemin werd Disneyland een succes.
Toch was Walt niet helemaal tevreden. Vlak na de opening van het park verklaarde hij: “We gaan onszelf nog voor de kop slaan omdat we niet alle gronden binnen een straal van 10 mijl opgekocht hebben.” Hij had gelijk… Zijn Magic Kingdom werd omsingeld door goedkope hotels en restaurants. Een fout die Walt geen tweede keer zou maken.
Naast de problemen met de onmiddellijke omgeving van Disneyland, wou Walt ook meer grond om nieuwe attracties te bouwen. Hij had nieuwe verhalen die hij wou vertellen, maar er was geen ruimte meer beschikbaar. De prijzen van de gronden rondom het park waren sinds de opening van het park ook de licht ingeschoten. Bovendien bereikte men in Californië slechts een vierde van de populatie van Amerika. Aan de andere kant van de Mississippi lag nog een hele andere wereld op Walt Disney te wachten. Een nieuw Disneyland aan de Oostkust van de VS lonkte.
De New York World Fair
Als er een nieuw Disneyland zou komen, mocht dat zeker geen kopie zijn van het bestaande. Walt wilde zichzelf nooit herhalen. Hij wilde Disneyland verbeteren, of ‘plussen’ zoals hij het noemde, om het zo nog aangenamer en indrukwekkender te maken.
Voordat Walt zich in een nieuw avontuur zou storten, wilde hij zekerheid dat de ‘Disneyland-style entertainment’ ook zou aanslaan aan de Oostkust. Geld was er ook niet in overvloed en dus besliste hij om zijn imagineers ter beschikking te stellen aan andere bedrijven om hen te helpen bij de wereldtentoonstelling van New York in 1964 en 1965.
Twee vliegen in één klap voor Walt: de extra inkomsten waren meer dan welkom en bovenal kon hij uittesten hoe de Oostkust reageert op de Disney attracties. In totaal werden er vier attracties ontwikkeld voor de wereldtentoonstelling:
- It’s a Small World, in opdracht van Pepsi, het prototype van deze bekende attractie
- Progressland, in opdracht van General Electric (GE), een ronddraaiend auditorium waar bezoekers de producten van de toekomst konden bewonderen
- The Magic Skyway, in opdracht van Ford, een rondrit doorheen het ontstaan van de wereld
- Een Abraham Lincoln animatronic, in opdracht van de staat Illinois
In de aanloop van de wereldtentoonstelling kwam Disney in contact met Joe Potter, de vicepresident van de expo. Hij zou later een belangrijke rol gaan spelen in Disney’s nieuwste project.
De vier attracties waren de populairste van de hele New York World Fair. Voor Disney was dit dé bevestiging dat zijn imagineers niet hoefden onder te doen voor de beste ontwerpers van de wereld. Nadat de tentoonstelling was afgelopen, stelde Disney z’n opdrachtgevers (voor wie hij de attracties had gebouwd) voor om zijn vergoeding te laten vallen als ze ermee instemden om de attractie te verhuizen naar Disneyland Anaheim. Zowel Pepsi, GE, Ford als de staat Illinois gingen akkoord en dus verhuisden It’s a Small World, Great Moments with Mr. Lincoln, Progressland (later omgedoopt tot Carousel of Progress) en de Magic Skyway naar Anaheim.
Disneyland aan de Oostkust
Nu duidelijk was dat de Oostkust klaar was voor Disney’s ideeën, werd het plan voor een tweede Disneyland concreter en nam hij mensen in dienst die de oostelijke staten van de VS afspeurden naar een ideale locatie. Heel wat plaatsen passeerden de revue: Washington DC, New York, de Niagara Falls, Miami, St. Louis … Uiteindelijk besliste Walt dat de geschikte locatie in Florida moest gezocht worden. De gronden waren er goedkoop, de temperaturen zijn er het hele jaar door aangenaam en de staat trok in die tijd al veel toeristen van over de hele VS naar de vele stranden. Een park aan de kustlijn zag Walt echter niet zitten; enerzijds omdat hij niet met orkanen wou af te rekenen krijgen, en anderzijds omdat hij niet wilde dat de bezoekers in strandkledij zouden rondlopen.
Walt’s team, met onder andere zijn broer Roy en Joe Potter, startte de zoektocht naar een geschikte locatie in centraal Florida. Hun oog viel op een stuk grond in de buurt van Orlando. Orlando was ideaal: geen orkanen, ideale bereikbaarheid door de nabijheid van enkele grote snelwegen en de grond was er spotgoedkoop. Project X kon van start gaan.
Project X
Er was echter een probleem. Iedereen kende Disney. Indien de gronden onder zijn naam zouden gekocht worden, zou dat de prijs meteen de hoogte injagen en zou hij met dezelfde problematiek als in Californië geconfronteerd worden: geen invloed hebben over de omgeving rond het park. Walt had daar een creatieve oplossing voor: hij richtte een aantal spookbedrijfjes op die de koop zouden voltrekken. Onder leiding van advocaat Robert Foster trok Walt’s entourage naar Florida om de gronden aan te kopen in naam van Tomahawk Properties, Ayefour Corporation, Latin American Development, Reedy Creek Ranch, …
Zijn team moest echter snel en doordacht te werk gaan. Eens bekend zou worden dat Disney zoveel grond opkocht, zou de prijs sterk omhoog gaan. Na elke aankoop werden daarom alle mogelijke sporen zorgvuldig uitgewist en de stromannen gebruikten ook steeds andere routes en luchthavens om terug te keren naar Californië.
De aankoop van de gronden ging vlot en op korte tijd had Walt reeds 4.856 hectare in zijn bezit. Op een van de meetings over Project X stond de aankoop van een stuk grond van 2.830ha aan $40 per hectare op de agenda. Voor Walt bestond er geen discussie en moest die grond aangekocht worden. Roy was echter sceptisch en vond dat er nu voldoende grond beschikbaar was voor een nieuw Disneyland. Walt richtte zich naar zijn broer en zei: “Roy, wat zou je zeggen mochten we hier in Anaheim 2.830ha extra kunnen kopen aan een goede prijs?”. Roy was meteen overtuigd.
De eigendom in Orlando werd groter en groter. Nadat de grote percelen aangekocht waren, begon Walt’s team zich te focussen op percelen gelegen aan de rand van de gronden die ze reeds in het bezit hadden. De acquisities werden grondig bijgehouden op een grote kaart in Walt’s bureau, een kaart die hij dagelijks controleerde.
Wie is het?
Dat er in Orlando grote stukken grond verkocht werden, bleef natuurlijk niet onopgemerkt. Er was veel speculatie over wie zo’n groot perceel aan het samenstellen was. Zowat elke grote Amerikaanse forma werd genoemd als potentiële koper: autobouwer Ford, vliegtuigbouwers Boeing en mcDonnel-Douglas, ruimtevaartorganisatie NASA, en ook Disney. Er ging zelfs het gerucht dat de grond was opgekocht door de maffia om er lijken in te dumpen of om er casino’s op te bouwen.
Terwijl in Florida de geruchtenmolen op volle toeren draaide, werd in Disneyland een root persevent gehouden.
Het geheim komt uit!
1965. Disneyland viert z’n tiende verjaardag. In plaats van één groot event te organiseren, werd beslist het hele jaar door te vieren. Charlie Ridgway, één van Disney’s persmedewerkers, bedacht de term ’tencennial’ voor de festiviteiten en coördineerde ook het feestjaar.
Vanuit verschillende regio’s van de VS werden, verspreid over het jaar, telkens twaalf journalisten overgevlogen. De pers kreeg een diner aangeboden, een rondleiding doorheen het park en mocht Walt Disney interviewen. Toen het de beurt was aan journalisten uit de regio’s Florida, Georgia en Alabama en bleek dat enkele van de grotere kranten niet aanwezig konden zijn, werd voorgesteld om een journalist uit Orlando uit te nodigen. Ridgway had nog nooit van Orlando gehoord, en na wat research vond hij een krant met een respectabele reputatie: The Sentinel-Star werd prompt uitgenodigd.
De krant stuurde journaliste Emily Bavar naar Anaheim. Ze arriveerde in Californië met duidelijke instructies: ze moest Disney vragen of de geruchten dat hij achter de aankoop van de percelen in Orlando zat klopten. Bij haar aankomst in Anaheim was dat meteen ook haar eerste vraag aan Ridgway, toen ze uit Walt’s privévliegtuig stapte. Ridgway was echter niet op de hoogte van Walt’s plannen in Florida en antwoordde eerlijk: “Ik weet van niets. Je zal het hem zelf moeten vragen.”
Walt was niet op de hoogte dat er een journaliste uit Orlando aanwezig zou zijn, en hij was al zeker niet voorbereid op vragen over project X. Toen Emily tijdens haar interview met Walt hem de vraag stelde, zag hij eruit alsof hij een emmer koud water in het gezicht had gekregen. Later verklaarde ze: “Ik heb nog nooit iemand zo verbaasd gezien. Hij was te verrast, maar herpakte zich meteen en zei koudweg ‘Neen’. Disney was geen goede leugenaar.”
Ze seinde haar bevindingen naar de redactie van de krant, maar het artikel belandde zonder veel aandacht in de zondagseditie zodat het leek alsof het wéér over één van de vele speculaties ging. Bij haar thuiskomst in Orlando werd Emily aangesproken door enkele collega’s. Omdat zij ervan overtuigd waren dat haar verhaal meer aandacht verdiende, schreef ze prompt een nieuw artikel waarin ze meer details over haar gesprek met Walt neerpende.
Zo schreef ze dat Disney iets té geïnteresseerd was in het klimaat van Orlando en hou zij dat zou vergelijken met datgene van Anaheim. Ook bleek Walt niet alleen bekend met vele van de toeristische trekpleisters uit de regio van Orlando, hij was ook op de hoogte van hun resultaten en bezoekersaantallen. Hij vertelde haar waarom een pretpark in Florida niet haalbaar was omwille van het te warme en natte klimaat en omwille van de geringe populatie. Hij vertelde er ook bij hoe Disney het zou aanpakken indien ze een pretpark zouden openen in Florida. Enkele dagen later werd Emily’s artikel aangevuld met onthullingen over het project; Disney zou zelfs twee steden bouwen in Orlando: Yesterday en Tomorrow. Dit artikel haalde de voorpagina van de krant op 24 oktober 1965 en kopte: ‘We say our mystery industry is Disney’.
Joe Potter, die voor Disney in Orlando verbleef, verslikte zich die morgen in zijn ontbijt en belde meteen naar Californië. Het artikel was zo overtuigend dat Walt wist dat er meteen actie moest ondernomen worden. Hij belde de gouverneur van Florida, bevestigde het verhaal en vroeg hem de dag erna officieel aan te kondigen dat Walt Disney Productions de grootste attractie in de geschiedenis van Florida zou bouwen.
Nadat het nieuws door de gouverneur belend werd gemaakt, schoten de prijzen van de percelen in de buurt van Disney’s grondgebied meteen de hoogte in. Op enkele uren tijd steeg de prijs van 183 euro naar 1.000 dollar per acre. Gelukkig was Disney zo goed als klaar met zijn aankopen.
In totaal heeft de aankoop van de percelen Walt zo’n vijf miljoen dollar gekost, maar er was genoeg grond voorhanden om alle mogelijke ideeën uit te voeren. Disney had in totaal 47 vierkante mijl (oftewel 120 vierkante kilometer) aan grond gekocht. Even groot als San Francisco, twee keer zo groot als Manhattan in New York en zelfs 150 keer groter van Disneyland in Anaheim.
Op 12 november 1965 werden de plannen officieel voorgesteld door Walt op een persconferentie in het Cherry Plaza hotel in Orlando. Disney zou een pretpark, hotels, golfterreinen en een stad bouwen. Hij legde echter de nadruk op een voor hem veel belangrijker project: EPCOT, de Experimental Prototype Community Of Tomorrow. Het Disneyland fungeerde voor Walt eerder als ‘wienie’ om volk naar EPCOT te lokken en om het hele project te financieren. Doordat Walt op de persconferentie vooral focuste op de ‘stad van de toekomst’ zaaide hij verwarring en werd er zelfs teleurgesteld gereageerd.
Walt spendeerde het grootste deel van zijn tijd aan EPCOT. Hij las boeken over stadsplanning en nam deel aan ’think tanks’ over toekomstige technologieën. In de kantoren van Disney werd een EPCOT-planningsbureau ingericht. Walt arriveerde vaak op projectmeetings met nota’s die hij de nacht ervoor had bedacht. Op een morgen had hij een sketch mee van doe het Disney World er zou moeten uitzien. Het bevatte de locaties van de parken, hotels, meren, de monorail, en zelfs een luchthaven. Het plan werd later bekend als het ‘Seventh Preliminary Master Plot Plan’ en zou dienen als hét masterplan van Disney World.
Om extra investeerders aan te trekken en om het publiek een idee te geven van wat Disney in Florida zou bouwen, besloot Walt een twintig minuten durende film te maken over Disney World. Intussen ging het bergaf met Walt’s gezondheid. Door het vele roken had hij longkanker ontwikkeld en de ziekte begon zijn tol te eisen. Walt Disney overleed op 15 december 1966.
Hoe moest het nu verder?
Door het overlijden van Walt rezen er vragen over de toekomst van Disney. Wat met Disneyland en hoe moet het verder met Disney World – waar de constructie nog moest starten? het gerucht ging de ronde dat het Disney World project zou stopgezet worden en dat Disney zou verkocht worden aan andere bedrijven…
Walt’s broer Roy, die voor het overlijden van Walt reeds zijn pensioen had aangekondigd, riep een week na Walt’s dood de bestuursleden van Disney samen. Hij vertelde hen dat het Florida project moest voortgezet worden en dat op de manier zoals Walt het had gepland… en opdat niemand ooit zou vergeten dat het om Walt’s droom ging, zou het project vanaf nu de naam Walt Disney World krijgen. Roy zou de de leiding van Disney namen tot hij Walt’s droom gerealiseerd had.
Voor z’n dood had Walt nog een opmerkelijke aanvraag ingediend bij de lokale overheid. Omdat Disney World op het grondgebied van twee provincies lag, voorzag Walt moeilijkheden bij het bekomen van bouwtoestemmingen, het organiseren van brandweer- en politiediensten, het heffen van taksen, enzovoort. Hij wou deze zaken zelf kunnen beheren. Vandaar diende Walt Disney bij de overheid van Florida een aanvraag in om van Disney World een zelfstandige stad te maken. Hierdoor zou Walt met Disney World een grotere autonomie hebben, zouden belastingbetalers ook niet moeten opdraaien voor bepaalde infrastructuurwerken en Disney had zo geen toestemming nodig om iets te bouwen. Op 12 mei 1967 wordt de aanvraag door Florida goedgekeurd en kon de constructie van Walt Disney World starten. Het Reedy Creek Improvement District omvat twee steden: Bay Lake en Lake Buena Vista.
Walt Disney World opens
Het bouwen van Walt Disney World zou een immense onderneming worden. Hierdoor werd beslist het project te faseren. Fase 1, the Vacation Kingdom, omvatte het Disneyland-achtige pretpark, vijf hotels, een ingangcomplex, golfterreinen en een aantal ontspanningsactiviteiten.
Doordat het gebied vooral bestond uit moerassen, waren heel wat voorbereidende grondwerken nodig voordat het bouwen effectief kon starten. Nadat in juni 1970 het Walt Disney World Preview Center opende – waar bezoekers de plannen van het resort konden inkijken – werd Walt Disney World op 1 oktober 1971 officieel geopend door Roy. Die datum is niet zomaar gekozen. Disney wilde geen herhaling van de openingsdag van Disneyland Anaheim, en opende het park op de rustigste dag van de rustigste periode voor toerisme in Florida. Roy stierf later dat jaar op 20 december 1971.
De meeste van de plannen die Walt met z’n Florida Project wou uitvoeren, zijn vandaag gerealiseerd, zij het iets commerciëler van Walt had voorzien. Walt Disney World omvat vier grote themaparken, twee waterparken, meer dan 26.000 hotelkamers in 26 hotels, golfterreinen, sportfaciliteiten, winkel- en entertainmentmogelijkheden. Tot op heden kent Walt Disney World nergens ter wereld een gelijke.